Voor het beheer van huishoudelijke afvalstoffen kan een gemeente een afvalstoffenheffing invoeren. Wordt voor die heffing uitgegaan van een meerpersoonshuishouden terwijl het grootste deel van het jaar sprake is van een eenpersoonshuishouden, dan kan de rechter de heffing corrigeren op basis van de algemene beginselen van behoorlijk bestuur.

Samenstelling huishouden

Rechter corrigeert gemeente inzake afvalstoffenheffing

Dat de rechter deze mogelijkheid heeft, bleek uit een uitspraak van de rechtbank Noord-Holland. De gemeente Haarlem hanteert voor de afvalstoffenheffing een verschillend tarief voor huishoudens bestaande uit maar één persoon en voor meerpersoonshuishoudens. De vaste peildatum hiervoor is 1 januari van het betreffende jaar.

Evenredigheidsbeginsel geschonden?

In de betreffende zaak woonde een vrouw op 1 januari 2021 samen met haar zoon in een woning. De zoon verhuisde kort na 1 januari. Toch ontving de vrouw een aanslag afvalstoffenheffing voor een meerpersoonshuishouden. Dit was overeenkomstig de gemeentelijke verordening, maar volgens de rechter is dit in strijd met het evenredigheidsbeginsel.

Peildatum

De rechter zette met name vraagtekens bij het hanteren van één peildatum, namelijk 1 januari. Dit is eenvoudig qua uitvoering, maar de gemeente kon niet aangeven waarom dit belang groter is dan het financiële belang van de betreffende bewoonster. Zij moest nu namelijk € 412,20 aan heffing betalen, in plaats van € 270 die een eenpersoonshuishouden betaalt.

Woning deel van het jaar gebruikt

De rechter overwoog daarbij dat de gemeente wel een tegemoetkoming biedt als de woning slechts een deel van het jaar gebruikt wordt. De rechtbank ging er dan ook niet mee akkoord dat er geen oplossing werd geboden voor situaties dat er op de peildatum sprake is van een meerpersoonshuishouden, maar de rest van het jaar niet. De aanslag werd daarop verminderd.