Een doorstartende werkgever moet er in het kader van opvolgend werkgeverschap rekening mee houden dat als hij werknemers overneemt uit een failliete boedel, ook alle dienstjaren van voor het faillissement mee overgaan. Dit heeft de kantonrechter in Arnhem begin dit jaar bepaald.

Onduidelijk was tot dusverre of er ook sprake is van opvolgend werkgeverschap bij een doorstart na een faillissement en overname van personeel van de failliet verklaarde onderneming. De kanonrechter is van mening van wel.  Dit op grond van het opvolgend werkgeverschap waardoor de dienstjaren die voor het faillissement zijn opgebouwd, mee overgaan naar de doorstartende werkgever. Als die vervolgens overgaat tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst dan is hij wel een transitievergoeding verschuldigd over alle voorafgaande dienstjaren. De kantonrechter oordeelt dat de wetgever niet de bedoeling heeft gehad een ‘knip’ aan te brengen in het opvolgend werkgeverschap voor en na het faillissement. De volledige arbeidsduur van voor het faillissement telt dus mee bij het bepalen van de transitievergoeding.

Het is hierbij maar zeer de vraag wat dit oplevert voor de werknemers die ontslagen zijn, want een doorstarter zal zich nu wel twee keer bedenken waar het gaat om het in dienst nemen van voormalige werknemers van de failliet verklaarde onderneming.